Diversiteit in cao-afspraken

Auteur(s): 
D. v.d. Langenberg, B. Torenvliet en J. Prostran

Om te onderzoeken of diversiteit in cao’s wordt toegespitst op één dominant kenmerk of dat er meer uitgegaan wordt van een ruimere interpretatie van diversiteit is nagegaan of één, meerdere of juist geen doelgroepen centraal staan in de cao-afspraken. Voor alle hoofdonderwerpen is nagegaan of een bepaalde doelgroep centraal staat in de bepalingen uit de cao’s. De volgende doelgroepen kwamen hierbij aan bod: vrouwen, zwangere vrouwen, vrouwen die borstvoeding geven, mensen met een migratieachtergrond/andere culturele achtergrond, ouderen, jongeren, langdurig werklozen, mensen met een andere politieke gezindheid, burgerlijke staat, mensen met een arbeidshandicap, LHBTIQPA+, diversiteit in het kader van onzichtbare en neurodiversiteit. Hierbij waren nieuwe onderwerpen: aanvullende maatregelen en bepalingen voor zwangere vrouwen of vrouwen die borstvoeding geven en diversiteit in het kader van onzichtbare en neurodiversiteit. Deze nieuwe onderwerpen zijn nog nauwelijks terug te vinden in de cao’s, met als uitzondering hierop de voorkeursbehandeling in een sollicitatieprocedure tot twee jaar na uitdiensttreding in verband gebracht met een bevalling.

Gender gerelateerde bepalingen en bepalingen die betrekking hebben op culturele achtergronden worden het vaakst genoemd in het kader van arbeidsdiscriminatie. De industriesector en de zakelijke dienstverlening hebben vooral gender gerelateerde bepalingen in de cao’s opgenomen. De sectoren ‘handel en horeca’ en ‘overige dienstverlening’ noemen alle doelgroepen die meegenomen zijn in dit onderzoek in het kader van arbeidsdiscriminatie, behalve mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Hoewel deze laatste doelgroep, mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt of mensen met een arbeidshandicap, in het kader van discriminatie weinig genoemd wordt, is dit de doelgroep voor wie in de meeste sectoren een inspanningsverplichting is vastgelegd in de cao. Alleen in de (relatief kleine) sectoren ‘bouwnijverheid’ en ‘landbouw’ wordt deze doelgroep niet (regelmatig) genoemd. Ook ligt de nadruk van het voorkeursbeleid van veel economische sectoren op mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt of een arbeidshandicap: ‘overige dienstverlening’, ‘zakelijke dienstverlening’, ‘handel en horeca’, en ‘industrie’. Een inspanningsverplichting of voorkeursbeleid behelst over het algemeen een concretere afspraak dan de bepalingen gevonden voor het onderwerp arbeidsmarktdiscriminatie.
Details
Verschenen als: 
Publiek rapport
Publicatiemaand: 
oktober, 2020